“Ambtenaren zijn belangrijker dan ooit”
Wat is een goede overheid en hoe dragen publiek leiders daaraan bij? Dat was op 15 november het onderwerp van de tweede editie van Leiders in de storm, een bijeenkomst van het rijksbrede programma Dialoog& Ethiek. Deze middag werd ook de essaybundel ‘De vierde macht, reflecties op een goede overheid’ uitgereikt.
Het is de dag van het opstappen van staatssecretaris Nora Achahbar, vanwege de ‘omgangsvormen in het kabinet’. De hele week staat dan al in het teken van publiek leiderschap – zoals dat van de burgemeester van Amsterdam en van de minister-president. En zo voelt deze bijeenkomst van ‘Leiders in de storm’ nog urgenter dan de eerste editie een jaar geleden.
Spiegel van Shakespeare
Zo’n 80 geïnteresseerden van binnen en buiten de overheid zijn afgereisd naar het ISVW in Leusden. Op de vraag van de moderator ‘wie vindt dat het de goede kant op gaat in Nederland’ steken een paar aanwezigen hun hand op. Programmadirecteur Dialoog & Ethiek Erik Pool herinnert zich dat minister-president Dick Schoof vorig jaar aanwezig was, toen nog als secretaris-generaal. Hij nam het boek Macht en Moed van Pool in ontvangst. Die grapt nu: “Ik waarschuw degene die dit jaar onze bundel uitgereikt krijgt!”
Acteur Gijs Scholten van Aschat mag samen met gitarist Eric Vaarzon Morel de toon zetten. Hij vertelt over Richard II, in de versie van Shakespeare. “Als koning waant hij zich God, pas later realiseert hij zich dat hij ‘ook maar een mens’ is. De mens is in de kern misschien redelijk, maar driften als heerszucht en jaloezie kunnen de rede overheersen. Shakespeare kan iedereen, ook in onze tijd, een spiegel voorhouden.”
De staat verdedigen
Gijs van Oenen, universitair hoofddocent praktische filosofie in Rotterdam, citeert op zijn beurt eerst Machiavelli: “Bij politiek hoort verdeeldheid.” En dan socioloog Max Weber: “De staat is in tweeën gespleten. Aan de ene kant de bureaucratie, de ontnuchtering, en aan de andere kant de charismatische leider die tegenwicht biedt en in een behoefte voorziet.”
Het probleem is dat de overheid, door alle bureaucratie en regels, voor veel burgers niet meer te begrijpen is, aldus Van Oenen. “In een democratie ben je medeverantwoordelijk. Maar moeten meepraten kan, als het te complex wordt, meer voelen als een last dan een lust.” Er zijn drie reacties mogelijk. “Mensen denken het zelf beter te weten, mensen bezwijken onder de verantwoordelijkheid en verwachtingen, of mensen haken af.”
Het wordt pas echt gevaarlijk als de politiek zelf de staat niet meer serieus neemt. Dan zijn er een aantal partijen die volgens Van Oenen de staat moeten verdedigen. Onder wie rechters, politiemensen, militairen en andere ambtenaren.” Zij mogen daarin van Van Oenen best autoritair zijn. “De oplossing is niet nog meer inspraak, nog meer democratie. Want die zorgde juist voor te hoge verwachtingen en frustratie.”
Babs van de Broek, sectorhoofd van de Politie Rotterdam, vertelt vervolgens hoe zij in haar dagelijks werk probeert binnen en buiten te verbinden. Zij begon als 17-jarige bij de politie, maar vertrok een paar jaar later voor een baan buiten. Nu is ze terug, met de volle intentie ‘het goede’ te doen. Ze vertelt over een voorbeeld uit haar loopbaan (niet werkende voor de politie) waarbij zij de inzet van haar mensen tegenhield, omdat zij niet achter deze beleidskeuze kon staan vanuit veiligheidsoverwegingen.
Behoefte boven beheersbaarheid
Directeur-generaal bij het ministerie van SZW Christa Klijn, de volgende op het podium, maakt concreet hoe zij dat doet in haar werk. “Mijn drijfveer is om mensen echt te helpen. Daarvoor moet je hun leefwereld kennen, een antwoord hebben op hun vragen, en zorgen voor beleid dat uitvoerbaar is. Dat is de opgave voor ons allemaal.”
Een goede overheid moet volgens Klijn drie dingen doen, de publiek leiders voorop. Ten eerste: de samenleving serieus nemen. Zijn we in gesprek? Voelen wij ons er onderdeel van? Ten tweede: als overheidsorganisaties goed samenwerken. Vallen we mensen niet onnodig lastig met onze eigen complexiteit? Ten derde: de behoefte van de samenleving boven beheersbaarheid zetten.
Vaak stranden goede ideeën doordat we het lijstje rechtmatig, doelmatig en betaalbaar afvinken, licht Klijn toe. “Er is altijd wel iets waardoor het niet kan. Terwijl we tot oplossingen moeten komen. Regels zijn er niet voor niets en willekeur is ook niet goed. Maar we moeten alles afwegen en tot een besluit komen. Soms moet het dan tóch maar, omdat het de best mogelijke oplossing is.”
Objectieve waarheid
Schrijver en journalist Marcia Luyten mag de rij sprekers sluiten. Zij vraagt zich af hoe publieke leiders zich moeten verhouden tot de publieke ruimte. “Internet leek de triomf van de democratie in te luiden, maar in deze tijd van social media scoort vooral polarisatie. Musk en Trump helpen elkaar aan de macht. Reguliere media en rechtspraak worden ondermijnd. Wie verkondigt nog de objectieve waarheid?”
Politiek en bestuur liggen niet langer als vanzelfsprekend in elkaars verlengde, vervolgt Luijten. “Politiek is symboliek geworden, de ambtelijke dienst moet de problemen oplossen. Een ambtenaar kan niet doof zijn, die moet weten wat er leeft. Dat is ook diens kracht: deskundigheid en degelijkheid. De ambtelijke dienst is belangrijker dan ooit.”
Disruptie nodig
En dan is het tijd om de bundel ‘De vierde macht, reflecties op een goede overheid’ uit te reiken. Initiatiefnemer Anne-Marie Buis, werkzaam bij Dialoog & Ethiek: “De vraag wat een goede overheid is, is voor ons allemaal. Onze democratie is geen eindstation, maar heeft onderhoud nodig. Deze bundel bevat taaie kost, maar ik hoop dat velen ‘m durven oppakken.”
Eva Heijblom, dg Digitalisering en Overheidsorganisatie bij het ministerie van BZK, krijgt de bundel van Buis overhandigd. Ze vindt ‘m belangrijk, zegt ze, want ‘er moet een schepje bovenop’. “Ik denk dat een disruptie nodig is, anders redden we het niet als ambtenaren. We hebben te maken met beeldvorming, met politici die wetenschap ontkennen. Hoe verhoud je je daartoe? Ik denk dat ambtenaren meer tegenwicht mogen bieden, en meer zichtbaar mogen zijn.”
Alle aanwezigen zijn waarschijnlijk alweer thuis als blijkt dat het blijft bij het opstappen van Achahbar. Het kabinet valt niet. Dat verandert niks aan de oproepen die vandaag zijn gedaan. Democratie is niet vanzelfsprekend; en juist ambtenaren zijn belangrijk in het brengen van feiten, het luisteren naar de samenleving en bewaken van de rechtstaat. En dus is er voor publiek leiders ‘werk aan de winkel’ – in de woorden van Anne-Marie Buis.
Uit de zaal
Menno Hurenkamp, hoogleraar Democratie aan de Universiteit voor Humanistiek: “Het was een mooie middag, een viering van de democratie. Ik vind wel dat je ook een optimistischer beeld kan schetsen. Misschien verwachten we te veel dat mensen van alles vinden van democratie, terwijl ze er eigenlijk niet zo mee bezig zijn. Als je ze bijvoorbeeld vraagt of ze meer inspraak willen, blijkt dat mee te vallen. Ze willen dan toch liever dat de overheid het doet – ook al vinden ze dat die het niet altijd goed doet.” |
Henk den Uijl, onderzoeker bij de Nederlandse School voor Openbaar Bestuur: “Interessante dingen gehoord. Bijvoorbeeld hoe Gijs van Oenen spreekt over de behoefte aan charisma en autoriteit. Dat herken ik. Ik ben het niet helemaal eens met zijn oproep dat ambtelijk leiders daarin ook kunnen voorzien. Je moet uitkijken met depolitisering. Ook opvallend was de nadruk op ‘moeten leveren en oplossen’. Ik denk dat het al heel wat is als we het met elkaar uithouden.” |
Marthe Kerkwijk, programmamanager en docent bij de ISVW: “Ik vond Shakespeare het mooist. Zoals Richard II zegt: ik ben ook maar een mens. Dat is voor mij de kern: de overheid bestaat voor en door mensen.” |