Zes reflecties: wat kunnen ambtelijk leiders doen voor onze democratie?
Hoe koesteren en beschermen wij onze democratie? Welke rol hebben ambtelijk leiders daarin? Zo’n honderd leidinggevenden en andere belangstellenden praatten 12 oktober mee over deze vragen, tijdens het symposium Leiders in de storm. Enkele van hen deelden na afloop hun overdenkingen.
Zorg voor een veilige omgeving
Wouter van Eendenburg, afdelingshoofd Communicatieadvies en -onderzoek bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat
“Kinderen leren door te proberen, door fouten te maken. Dat is ook de boodschap van Alida Oppers – inspecteur-generaal van het Onderwijs. ‘Maar kan je wel leren in een onveilige omgeving?’ vraagt Oppers zich af, tijdens het symposium Leiders in de storm. Een omgeving waarin fouten maken niet wordt beloond (zoals op de basisschool) maar juist wordt afgestraft. Ze spreekt over de Haagse omgeving. De omgeving waarin wij ambtenaren opereren. Waar een fout geen leermoment is maar wel een bron van negatieve publiciteit. Waar het aanwijzen van een dader belangrijker lijkt dan het verhelpen van het probleem. Welke ambtenaar of bestuurder durft in dat klimaat nog fouten te maken? Wie durft dan nog te leren? Het antwoord spreekt voor zich. En dat is niet zonder prijs. Want een niet-lerend openbaar bestuur wordt er niet beter op. Met als gevolg meer fouten, meer negatieve berichtgeving en meer whodunnits in de plenaire zaal van de Tweede Kamer. Deze negatieve spiraal brengt ons waar alle negatieve spiralen ons brengen: naar beneden. Niets minder dan onze democratie staat op het spel.”
Lees de hele reflectie van Wouter: over fixies en growies
Wakker het democratisch verlangen aan
Miriam van Staden, adviseur rijksbreed programma Dialoog & Ethiek
“Politici kijken veelal niet verder dan de volgende verkiezingen, of zelfs de volgende opiniepeiling – stelde Ilja Pfeiffer, en daarom zijn er ambtenaren nodig die wel een visie voor de lange termijn hebben. In het verhaal van generaal Roy Sillen kwam dit voor mij pregnant naar voren: wat verwachten wij in Nederland van onze krijgsmacht? Met wat voor opdracht worden zij op pad gestuurd? En waar naartoe? Roy Sillen riep op tot een gesprek in de samenleving over deze vragen. Zijn politici niet in staat om hier antwoord op te geven omdat, indachtig Pfeiffers stelling, dit een vraag is voor een termijn die ver voorbij de volgende verkiezingen ligt? Of moeten we hier Hannah Arendt aanhalen die stelde dat politieke kwesties te belangrijk zijn om aan politici over te laten? Mijn neiging is bij het tweede. Politici hebben de hele samenleving nodig om tot goede besluiten te komen. De ochlocratie – dat wil zeggen: de dictatuur van de massa, waarbij de gezamenlijkheid het aflegt tegen de eigenbelangen van velen – kan niet zonder de samenleving teruggedraaid worden naar een democratie. Er mogen hoge verwachtingen zijn ten aanzien van ambtenaren, maar het is uiteindelijk onmogelijk voor ambtenaren om ethisch te handelen als de samenleving om onethisch handelen vraagt.”
Lees de hele reflectie van Miriam: hoe we ruimte maken voor gesprek en ontmoeting
Denk niet meteen in oplossingen, probeer te begrijpen
Jessica Vuijk, gespreksleider bij rijksbreed programma Dialoog & Ethiek
“Waarom veer ik op als een bestuurder zegt dat we ‘precieze dialoog’ nodig hebben? Omdat er bij mij een beeld opdoemt van mensen in het werk die niet bezig zijn hun eigen opvatting te verdedigen, maar met precisie onderzoeken op basis waarvan ze denken en handelen. Dat kost moeite, geduld en tijd. Want de grote hang naar oplossingen en resultaten (dat lucht zo lekker op) heeft veel complexiteit gebracht in het dagelijks leven. Bijvoorbeeld: een gezin met problemen kan wel met 18 verschillende regelingen te maken krijgen (vaak goed bedoelde oplossingen) en daarmee met 18 verschillende functionarissen – die niet met elkaar overleggen, want ze werken in andere domeinen en organisaties. Wanneer ik een sessie beleg met de opdracht ‘verzin een oplossing voor dit probleem’, dan komt daar bijvoorbeeld uit: maak één loket. Maar is de problematiek dan opgelost? Vermoedelijk wordt de ellende dan nog groter, want: bij wie komt het loket, is daar capaciteit en geld voor, gaan we dan ook in de infrastructuur investeren, bij wie staat dat überhaupt op de begroting, vindt de politiek het ook een goed idee, ga zo maar door. En wat is dan de taak van dat loket? Niet heel opbeurend, zorgt voor veel frustratie. Ik zeg: beginnen niet met het bedenken van een oplossing, maar begin met begrijpen wat er speelt, waar het knaagt, waar mensen tegen muren oplopen.”
Lees de hele reflectie van Jessica: zo kunnen we van de wereld een betere plek maken
Geef de ambtenaar een stem
Jos Delnoij, adviseur integriteit, filosoof en mede-auteur van Macht en moed Praktijkboek
“Een van de suggesties die tijdens het symposium naar voren kwam, was dat de ambtelijke hiërarchie de individuele ambtenaar zou beschermen tegen een mogelijk ambtelijk doodverklaren door ‘het systeem’. Tja, hoe mooi zou het zijn als dit zo was; helaas voldoet de ambtelijke werkelijkheid nog niet aan dit ideaal. En ja, de bescherming van individuele ambtenaren is een cruciaal aspect in dit discours. Maar wat in breder verband op het spel staat, is groter: dat is de rechtvaardigheid jegens de samenleving, inclusief individuele burgers. Immers mede daartoe hebben we, met de Trias in het achterhoofd, onze hele staatsinrichting opgetuigd! Het is gebleken dat de ambtelijke hiërarchie soms een bescherming kan bieden aan de klokkenluider, maar de hiërarchie kan géén garantie bieden voor rechtvaardigheid in bredere zin. Waar moeten we die zoeken? Wat is daarvoor nodig?”
Lees de hele reflectie van Jos: drie manieren voor ambtelijk verzet
Onderzoek de angst
Hanne Bikker, adviseur en voormalig kwartiermaker voor het programma Dialoog & Ethiek
“Een vraag die mij bijbleef: hoe kan de krijgsmacht (na decennia van aftocht en bezuinigingen, sinds een paar jaar weer in de belangstelling) het narratief doorbreken, hoe kan een gesprek met de maatschappij vorm krijgen? De taal erachter was die van lef en handelingsvermogen, maar ook van de mensen niet bang willen maken. En vooral dat laatste raakte me en roept vragen op. Als de krijgsmacht het land wil meenemen in een open gesprek over dreiging en bescherming, zonder mensen bang te willen maken, hoe doe je dat dan?
Als het volgende boek 'krijgsmacht en krijgsmoed' gaat heten, dan is het raadzaam om die angst te onderzoeken: waaruit bestaat ze, voor wat ben je bang, wat maakt dat je bang bent, hoe zie je jezelf en hoe zie je de ander met wie je in gesprek wilt? En andersom: wat heb je naast angst nog meer te bieden: moed, een verhaal, waarden, een groter, misschien wel algemener belang? Een groter verhaal waar mensen zich achter kunnen scharen, inclusief hun mitsen en maren? De krijgsmacht is er als overheid om land en burgers te beschermen. Wat is de rol van geweld daarin? Zijn we door de gewenning aan vrede het gesprek over oorlog, om de hoek en op de stoep, verleerd?”
Lees de hele reflectie van Hanne: voorwaarts moed!