Rechtsstatelijk overheidshandelen: zonder dialoog geen inhoud
De VTS (Vaktechnische Topstructuur) organiseert regelmatig lunchlezingen voor geïnteresseerde collega’s van de Belastingdienst die tijdens hun middagmaal zich vaktechnisch willen laten inspireren. Op 17 januari was Sandra Palmen daar te gast. Haar onderwerp: rechtsstatelijk overheidshandelen en ambtelijk vakmanschap.
Sandra Palmen kwam in het nieuws vanwege het memo dat zij in maart 2017 stuurde aan haar leidinggevenden bij de Belastingdienst met het advies om gedupeerde ouders schadevergoeding te bieden omdat hun toeslagen voor kinderopvang onrechtmatig waren stopgezet. Het advies werd niet gevolgd en het memo verdween in een la. Over deze gang van zaken is Sandra Palmen gehoord door de Parlementaire ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag (POK). De hele gang van zaken rond het toeslagenschandaal wakkerde bij haar de interesse aan voor de thematiek van het rechtsstatelijk overheidshandelen.
Chefsache
De goed bekeken lunchlezing (bijna twee honderd deelnemers) werd ingeleid door de hoogste man van de Belastingdienst: DG Peter Smink- dit onderwerp en deze spreker zijn duidelijk Chefsache! Smink: “Deze signalen worden nu wel opgepakt en niet meer vergroend. Dat moet ook wel want een ieder moet kunnen rekenen op rechtsbescherming. Elke maand bespreek ik welke signalen er zijn, signalen die we uiterst serieus nemen met de wil om als het nodig is daar wet- en regelgeving op aan te passen.”
Schokgolf
Sandra Palmen is blij met deze steun vanuit de ambtelijke top. Het POK-eindrapport ‘Ongekend Onrecht’ veroorzaakte met de conclusie dat de fundamenten van de Nederlandse rechtsstaat door het toeslagenschandaal op grove wijze zijn geschonden een ware schokgolf. Het raakte na de Belastingdienst ook de hele overheid en onze hele maatschappij. Het kabinet is er op gevallen, met de oproep aan een nieuw kabinet om top prioriteit te geven aan een nieuwe bestuurscultuur. Basis voor die nieuwe cultuur is het begrip wat de fundamenten zijn van het rechtsstatelijk handelen.
Goed en behoorlijk bestuur
Palmen: “We moeten stoppen burgers ‘klanten’ te noemen – ik vind dat niet zo rechtsstatelijk. Nederlanders zijn onderling gelijk. Niemand heeft meer rechten dan een ander. Die rechten zijn verankerd in wetten en regels. Denk daarbij aan hoe de grondrechten benoemd worden in de Grondwet en het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, maar ook aan de Algemene Beginselen van Behoorlijk Bestuur. De laatste niet te verwarren met de Beginselen van Goed Bestuur, die zich richten op democratie, rechtsstatelijkheid en organisatie bij het besturen van de overheid. Terwijl de Algemene Beginselen van Behoorlijk Bestuur rechtsregels zijn die, bijna allemaal, staan opgenomen in de Awb.
Handelingsperspectief
Voor de ambtenaren van uitvoeringsorganisaties zoals de Belastingdienst is het zaak om in het werk de burgers vanuit drie handelingsperspectieven ondersteuning te bieden: daarbij Overleggericht, Oplossingsgericht en Regelgericht te zijn. Palmen: “Dat vraagt om goed ambtelijk vakmanschap. Hoe ervaart een burger de behandeling van zijn zaak? Neem mensen goed mee en leg goed uit welke stappen er worden gezet. Voor ons is dat dagelijks werk, maar zij maken dit soms maar één keer in hun hele leven mee.” Om die reden benadrukt Palmen het belang dat signalen uit de uitvoeringspraktijk serieus genomen worden. Denk bijvoorbeeld aan tegenspraak, het geven van feedback, analyseren van rechtspraak en het doen van invoeringstoetsen. Ook Moreel Beraad en de binnen de Belastingdienst gevoerde casusdialogen spelen een belangrijke rol. Palmen: “Van buikpijn tot professioneel ongemak – we moeten zorgen voor handelingsperspectief. Zonder dialoog geen inhoud, zonder inhoud geen dialoog.”