Grenzeloos samenwerken bij de City Deals van Agenda Stad
Gemeenten, provincies en Rijksoverheid werken, net als veel bedrijven, kennisinstellingen en non-profitorganisties, aan de complexe maatschappelijke opgaven van vandaag en morgen. Maar nog te zelden werken ze sámen aan die opgaven. Terwijl in die gezamenlijkheid nu juist de winst schuilt. Dat betoogt Frank Reniers, programmamanager van Agenda Stad, het interbestuurlijke programma dat júist in het coronajaar 2020 een sterke opleving kende met vijf nieuwe City Deals en een succesvolle online editie van de Dag van de Stad.
Als overheden kijken we vaak verkokerd naar vraagstukken; ‘ga ik erover of niet?’ Deze werkwijze doet geen recht aan de complexiteit van de vraagstukken waar we vandaag de dag mee worstelen. Denk maar eens aan duurzaamheid. Om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen, wijzen we o.a. naar de boeren, de transportsector en de bouw. Dat de boeren het al zwaar hebben en dat de bouwsector de reductie van broeikasgassen moet uitvoeren in een tijd waarin er een ongekende woningbouwopgave ligt, vinden we vaak maar lastige hindernissen in het bereiken van die ene – belangrijke – duurzaamheidsopgave. Maar het kan ook anders. Dat bewijst bijvoorbeeld de nieuwe City Deal Circulair en Conceptueel Bouwen. Die kijkt naar kansen om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen, maar beschouwt de bouwopgave daarbij niet als remmende factor, maar als kans. Hoe kunnen we én snel én goed én betaalbaar bouwen en tegelijkertijd duurzaam?
Polderreputatie
Het is een goed voorbeeld van de werk- en denkwijze van City Deals. City Deals zijn altijd ambitieus. De ervaring leert dat veel ambities binnen handbereik komen door de samenwerking tussen verschillende overheden, marktpartijen, kennisinstellingen en andere partijen. Ik weet dat het een beetje klinkt als een open deur, ‘beter samenwerken’. Toch zijn we er in Nederland, ondanks onze ‘polderreputatie’, niet altijd goed in. Door de verkokering en soms ook doordat bestaande instrumenten en financieringsmodellen een perverse prikkel blijken. Als ik als gemeentebestuurder een paar miljoen euro subsidie van het Rijk zou kunnen krijgen om een opgave in mijn stad aan te pakken, zou ik natuurlijk ook vooraan staan. Maar het leidt soms tot onflatteus ellebogenwerk en een ‘alles of niets’-benadering.
City Deals worden soms gezien als ‘soft’. Want in City Deals is geen grote zak geld waar gemeenten meteen mee aan de slag kunnen. En een City Deal is ook niet ingebed in het reguliere beleidsproces. Dus, is een City Deal dan niet een beetje vaag, of vrijblijvend? Nee. Een City Deal is krachtig omdat het ontbreekt aan elementen die in de traditionele beleidspraktijk soms hindernissen blijken, zoals die zak geld of een strakke hiërachie. En dit is zeker het geval in het speelveld van City Deals: complexe multi-disciplinaire maatschappelijke opgaven. De kracht van City Deals is dat deze door de gelijkwaardige samenwerking en de speelruimte als vanzelf selecteren op gedreven partijen en mensen. Daardoor ontstaat een ‘coalition of the willing’.
Thema’s verbinden
En soms, dat bewijzen de City Deals steeds vaker, kom je met gedrevenheid verder dan met geld en politieke prominentie. Zo denk ik aan de ‘rode knop-procedure’, ontwikkeld in de City Deal Inclusieve Stad, waarbij botsend beleid dat burgers in de knel bracht versneld kon worden geïdentificeerd. Of aan de City Deal Zorg voor Veiligheid, waarin een plan ontwikkeld werd om de recidive en maatschappelijke schade door criminaliteit te beperken door huur en andere zekerheden van gedetineerden te ‘bevriezen’ tijdens detentie zodat ze na het uitzitten van hun straf het leven eenvoudiger weer op kunnen pakken. En recenter, de City Deal Zicht op Ondermijning die met haar succesvolle Dashboard dat ondermijningsfactoren in kaart brengt, zelfs een nominatie voor de Computable Award in de wacht sleepte. En persoonlijk ben ik ook trots op de onlangs gestarte City Deal Ruimte voor Lopen. Die bewijst dat je met een heel concreet thema, namelijk aandacht voor (veilig) lopen in de stad, meerdere maatschappelijke thema’s verbindt en in beweging krijgt, zoals gezondheid, mobiliteit, (verkeers)veiligheid en aandacht voor ‘groen’ in de stad.
Horizontale samenwerking tussen verschillende overheden, kennisinstellingen, marktpartijen én burgers is nodig omdat traditionele instrumenten en bestaande tunnelvisies niet bij machte zijn om de complexe vragen van vandaag en morgen, die altijd multidisciplinair van aard zijn, effectief en snel genoeg aan te pakken. Wanneer we thema’s voor een City Deal signaleren of gemeenten zelf een onderwerp bij ons aandragen, is een City Deal vaak binnen zes maanden ondertekend. Dan wordt er gedurende vier jaar volop geëxperimenteerd en kennis uitgewisseld. Door partijen die elkaar blijvend beter leren begrijpen. Daarmee is een City Deal een veel effectievere manier om kennis op te doen en beleid te toetsen dan een wetgevingstraject, dat vaak al vier jaar duurt voordat de uitvoering kan beginnen.
In gesprek
Ik ben er trots op dat dit inzicht er ruim vijf jaar geleden toe leidde dat Agenda Stad werd opgericht. Ik zie onze City Deals als voorbeelden van Grenzeloos Samenwerken avant la lettre en daarmee ook als lichtend voorbeeld voor de andere dealvormen zoals Woondeals en Regiodeals die de afgelopen jaren ontstaan zijn.
Daarmee hebben City Deals wat mij betreft hun bestaansrecht al bewezen, maar succes smaakt altijd naar meer. Daarom denken we nu na over opschaling. En met ons ook belangrijke onderzoeksinstellingen als het Planbureau voor de Leefomgeving, NSOB, en de Urban Futures Studio (Universiteit Utrecht). Want uiteindelijk willen we natuurlijk zien dat alle inzichten en resultaten van City Deals geborgd en doorvertaald worden naar effectiever beleid. Heb je daar nog slimme gedachten over – of wil je meer weten over onze City Deals – dan ga ik graag met je in gesprek.